Hierbij opnieuw een samenvatting van verschillende werkdagen in het systeem van Croisiers.
Aan de hand van topodata, fluometingen, debietmetingen, temperatuurmetingen, wateranalyses, desobstructie, duiken, enz.. proberen we ons een beter beeld te vormen van het systeem. Een fantastische uitdaging waar we zoals gewoonlijk kunnen rekenen op de nodige expertise vanuit verschillende clubs.
We zijn in het vorig verslag geëindigd voor een uit te graven knik in de S6. Deze passage liet zich gemakkelijk verbreden, gevolgd door oppervlak. Voorzichtig is er afscheid genomen van het persluchtset na de vreemde ervaring in de S2. De lucht voorbij de S6 voelt anders aan, eerder fris, ok dus. Verder stroomop is een geschenk. Kruipen, stappen, enkele mooi versierde zalen, en einde na 154m voor een nieuwe sifon. De S7, op het eerste zicht duikbaar.
Aan de hand van de topografie werd duidelijk dat we niet in rechte lijn naar de Bellevaux perte gaan, maar eerder afdraaien naar de dwars op de richting gelegen Grotte des Surdents. Er ontbreekt nog een 35m in vogelvlucht om te kunnen linken met de waterpartijen van deze grot. Gezien de afstand en de intensiteit van de tocht hebben we recent een meerdaagse gedaan.
De eerste dag, 2 flessen aan de S3 gaan leggen.
Dag twee, met twee duikers naar achter.
En een derde dag om alles te recupereren.
Zo gezegd zo gedaan.
De S7: het water is er een pak frisser. Rond de 9°C, terwijl het vooraan in de grot 14,5°C warm is (en de warmwaterbronnen 15,5°C, zie de film). Er is ook heel wat minder debiet, en het is maar half zo helder. Veel ruimte voor herkansing is er dus niet. Goed anticiperen, om meteen de juiste doorgang te vinden, + correct verankeren van de lijn is dus de boodschap. Logisch dat de topografie van dit parcours voor een volgende ronde is.
De S7 is 15m lang en ondiep, hij laat zich gemakkelijke passeren. Halverwege zit zelfs een ruime klok.
Er volgt een zaal. Mooi versierd, alhoewel er heel wat concreties aan diggelen liggen door de nog steeds prominente trein boven onze hoofden (de treintunnel van Nasproué ligt er vlak boven). Ik schat deze ruimte 20m lang, en een 8-tal m breed.
Het riviertje dat door deze zaal stroomt, komt tevoorschijn uit een S8...
Deze sifon start zoals alle andere, ondiep en horizontaal. Maar plots gaat het steil omlaag, ook het plafond komt bruusk maar beneden. Er volgt een lage, maar brede passage. Daarna ruimer, op het diepste punt van de grot -5,2m. Opnieuw een versmalling, en een stijgende kloof. Dat moet het Lac de la Boue zijn van de Surdents, hoop ik. Helaas, ik kom boven in een gesloten diaklaze. Het zicht is verdwenen, en ik kan de stroming niet lokaliseren. Op het diepste punt laat ik de haspel achter. De terugweg door de lage passage zorgt voor de nodige spanning. Ik zit niet meteen in de breedste passage, en kruip me klem. Het wordt zwart van het slijk voor m’n ogen. Ik zak opnieuw, en schuif naar rechts, oef. Een extra pikket moet dit verhinderen in de toekomst. Terug voor de S7 besluit ik dat het genoeg is geweest voor die dag. De flessen hebben beide nog 180bar, en er zit nog 35m lijn op de haspel. We proberen dit opnieuw bij een volgende. Aan de hand van de ruw genomen data blijkt dat we zeer dicht bij de Surdents zitten.
Wat we hadden voorzien, maar helaas niet hebben kunnen gebruiken zijn Arva toestelllen. Vanuit de Surdents willen we op zoek gaan naar het signaal verstuurd uit de Bellevaux. Hopelijk kan het ons wegwijs maken hoe we deze laatste, optimale verbinding tot stand kunnen brengen.
Al bij al een geslaagde opzet, waarbij het systeem weer ongeveer 100m langer is geworden. Een andere verrassende vordering is gemaakt in een hoge zaal, de Salle Walhorn, genaamd naar de hoofdbreuk van het systeem. Via een verborgen achterliggende passage hebben we bijna tot helemaal boven kunnen klimmen zonder extra spullen. Bij een volgende zullen we deze passage voorzien van een looplijn om de top van de zaal te verkennen. We hopen op een vervolg, want er is een voelbare wind en er zijn heel wat ‘bloemkolen’.
Ondertussen zijn ook twee ploegen in de weer geweest om, één; de Grotte de Bellevaux te hertopograferen. Hier zijn ondertussen heel wat aanvullingen te verwerken, Geert en Jos ontfermen zich daarover. En twee; Partrice en Charlotte, maken de bijhorende perte volledig toegankelijk. Beide werken zijn nog lopende. De perte is daarmee alvast 10m langer geworden.
En tot slot, toegang tot de Grotte des Surdents dringt zich nu steeds meer op om de gewenste verbinding te realiseren. De nodige stappen zullen daarvoor genomen worden.
S.
Met de volgende link kan je een filmpje bekijken van de duikexploratie. FILM
|
Jos en Geert na hun werkzaamheden |