zondag 15 januari 2012

Lomme in Crue

Zaterdag 7 januari 2012

Nou-Maulin in crue
Ja, we hebben de ondergrondse rivier gevonden waar we nu al enkele maanden naar op zoek zijn. Alleen, niet in de vorm die we gehoopt hadden. Door het aanhoudende slechte weer van de voorbije dagen stond de Lomme in een zware crue. De Nou-Maulin was veranderd in een meer, en het bos tussen de Trou Muret en de Grotte de Thiers de Falise stond volledig blank. Bijzonder spectaculair was de Trou Muret, waar het water met een indrukwekkend debiet naar buiten spoot.

Trou Muret
Al dat watergeweld had ook zijn gevolgen voor de FAO. In de Réseau Champagne merkten we tot onze verrassing dat het water tot 40 cm onder de rand van de Leeuwenkuil stond. Na de megacrue van vorig jaar hadden we al kunnen afleiden dat de put opnieuw onder water kan komen, maar tot op heden hadden we hier nog nooit met eigen ogen water in zien staan. De Leeuwenkuil is een opvallende put van zo’n anderhalve meter diameter en diepte in de voor de rest biljarteffen Réseau Champagne. De verklaring voor deze anomalie kennen we sinds Stijn enkele maanden geleden de (vermoedelijke) ondergrondse Lomme ontdekte. In de droge galerijen post-sifon zag Stijn enkele hoge cheminées. Volgens de topo komt de top van een van deze cheminées in de bodem van de Leeuwenkuil uit. Nu er water in stond, is ons vermoeden nog gesterkt. Met een crue die het water 15,5 meter opstuwde, hebben we dus wellicht het water van de ondergrondse Lomme gezien, maar slechts in de vorm van insijpelingswater…

Leeuwenkuil
De bedoeling was om verder te werken in de uiterst smalle kruipgangen van de Serpente, op zoek naar de top van het hoge blokkenstort dat Stijn bij zijn verkenningen post-sifon zag. De hoge waterstand in de Réseau Champagne speelde ons ook hier echter parten. De crue had de toegang tot onze werf zo goed als afgesloten. Een speleoloog laat zich hier echter niet door tegenhouden. Al lange tijd kennen we in de Champagne Amont een blaasgat tussen de blokken. Ondanks de hoge waterstand stond er nog altijd tocht. Met zijn drieën (Stijn, Christel en Kris) besloten we deze plaats aan te vallen. Enkele uren kap- en breekwerk leverden ons vier meter passage tussen de blokken op, met zicht op verder opkuiswerk. Een doorbraak zal hier niet voor morgen zijn, maar zo naïef waren we nu ook weer niet om dat te denken.

Alles samen waren we acht uur onder de grond. Onze goesting om bij de ondergrondse Lomme te geraken, wordt er alleen maar groter op.

Kris

Geen opmerkingen: