Expeditieverslag: Exploratie Chaland in de Haute-Saône (12-16 februari)
Intro
Tijdens een Rigotte-Vannon-expeditie in de zomer van 2024 vroeg Damien Grandcolas (SC Vesoul), een lokale speleoloog uit de Haute-Saône, om de siphons avals van de Chaland te herbekijken. De Chaland is met 10.200 meter het grootste grotsysteem van de Haute-Saône. Deze sifons werden 25 jaar geleden geëxploreerd door Jean-Marc Lebel (†) en eindigden op een ondoordringbare étroiture.
Met een auto vol duikmateriaal en een flinke dosis enthousiasme arriveren Randy en ik woensdagavond in het basecamp bij Jos Beyens (SC Avalon) in Poinson-lès-Fayl. De sfeer zit er meteen goed in. Met een drankje in de hand nemen we de topografie van de Chaland nog eens zorgvuldig door.
Topo Chaland (publicatie met toestemming van de auteur) |
Je kan een uitgebreid artikel over de Chaland terugvinden in Speleo magazine nr. 125: http://www.speleomag.com/2024/03/speleo-magazine-125/
Donderdag – Portage duikmateriaal
Om 9 uur verzamelen we bij de ingang van de Chaland. We ontmoeten Damien (SC Vesoul) en zijn collega-speleologen Pépé en Jean-Marc (SC Spiteurs Fous). Een sterke ploeg om deze ondergrondse uitdaging aan te gaan.
De afdaling begint in de Gouffre des Petit Chailles (P21), waarna we via een mooie affluent al snel in de imposante collecteur terechtkomen. Het is een indrukwekkend aquatisch systeem. Na 45 minuten waden door de ondergrondse rivier bereiken we de eerste grote splitsing: links het semi-fossiele gedeelte richting Bar Tabac, rechts het vervolg van de collecteur die via ‘La Rivière Furieuse’ verder leidt naar de sifons.
Foto Seppe Meyvis: Damien in la Rivière Furieuse |
Ons doel ligt dus verder stroomafwaarts, bij de siphons avals. De eerste sifon (S1) kunnen we passeren via de shunt Taquin. Vervolgens komen we in ‘La Rivière Furieuse’, een krachtige ondergrondse rivier met een stevig debiet. We beseffen al snel dat duiken vandaag geen optie is.
Onze tocht neemt een onverwachte wending wanneer Jean-Marc in een kleine cascade ten val komt. Gelukkig kan hij op eigen kracht verder, maar hij besluit voorzichtig terug te keren. We droppen onze vijf kitzakken met duikmateriaal bij de sifon (S2). Randy en ik zwemmen nog een stukje stroomafwaarts om de effectieve ingang van de sifon te inspecteren. Tot onze verbazing is de duiklijn van Jean-Marc Lebel, die hier 25 jaar geleden werd geïnstalleerd, nog intact. Of deze lijn nog in goede staat is tot aan de étroiture bij sifon 5, zal de toekomst moeten uitwijzen. Hoe dan ook zal er een nieuwe duiklijn geplaatst moeten worden.
Foto Seppe Meyvis: Randy in de S2 aval |
Na maanden van voorbereiding en het bestuderen van de topografie had ik gehoopt te kunnen duiken. Helaas beslist ‘La Rivière Furieuse’ daar anders over. Op de terugweg verkennen Jos, Randy en ik nog een stuk voorbij Bar Tabac – een prachtig reséau.
We sluiten de dag af bij Damien thuis, waar we hartelijk worden ontvangen door zijn vrouw Véronique. We genieten van een heerlijke kom verse soep.
Vrijdag – Alternatief plan: graven in Grotte de la perte du Moulin
De weersvoorspellingen voor de komende dagen zien er beter uit, maar zo’n complex hydrologisch systeem heeft tijd nodig om tot rust te komen, zeker met een verzadigde bodem. Daarom benutten we de dag anders: we gaan graven aan de Grotte de la perte du Moulin, een oude perte in de linkse oever van de Rigotte. Jos schrijft hierover een apart expé-verslag.
Zaterdag – Recuperatie duikmateriaal en tocht richting Laminoir de la Bouserouille
Om 10 uur verzamelen we opnieuw bij de ingang van de Chaland. Ditmaal sluiten speleologen Véronique en Jean-Philippe (SC Vesoul) aan. We ontmoeten ook een groepje jonge speleologen, die vandaag de Chaland zullen bezoeken. Een van hen kwam in juli 2024 vast te zitten in Bar Tabac na een plotselinge hevige crue van de collecteur. Damien was toen verantwoordelijk voor de secours.
Foto Seppe Meyvis: Véronique en Jos tijdens klaarmaken |
Foto Seppe Meyvis: equipperen van de Gouffre des petites Chailles |
De voorbereidingen die dag zijn minder prettig: onze modderige speleopakken en schoenen zijn bevroren. De rijke speleologen van Avalon, die zich een tweede pak kunnen veroorloven, hebben hier minder last van. :-)
Met het traject van donderdag nog vers in het geheugen, vorderen we vlot en halen we het duikmateriaal op bij de sifon. Het is voor iedereen duidelijk dat nu duiken een kamikaze-operatie zou zijn. Niet voor vandaag dus.
Foto Seppe Meyvis: Véronique en Jos in de collecteur |
Randy en ik willen nog wat extra actie. Voorzien van voldoende eten, drinken en een goede point chaud wagen we ons aan een tocht naar het ‘Laminoir de la Bouserouille’.
Onderweg passeren we de Galerie des Chailles, Sahel-eau, de betoverend mooie Galerie Féérique, Les Dunes, Galerie des Conifères en tot slot het beruchte laminoir. De grot wordt alleen maar mooier naarmate we verder gaan. De galerijen zijn ruim en indrukwekkend, met hoge chemineés. Helaas kunnen we de immense schoonheid met onze beperkte belichting en slechts een GoPro’tje moeilijk vastleggen.
Foto Seppe Meyvis: Galerie des Conifères |
Tijdens deze tocht moet ik denken aan Damien. Hij heeft hier jaren geleden, na het in apneu (!) passeren van een sifon van -3 meter diep en 10 meter lang, dit indrukwekkende reseau kunnen exploreren. Dat moet absoluut waanzinnig geweest zijn! Pas later werd de artifciële put Gouffre des Petit Chailles gegraven, die nu toegang biedt tot het systeem zonder de sifons te hoeven duiken.
Foto Seppe Meyvis: Randy in Galerie Féérique |
Jos had ons gewaarschuwd voor de verraderlijke kleihellingen, en hij had gelijk: ze zijn spekglad. Een moment van onoplettendheid kan je duur komen te staan. De volgende keer neem ik misschien een piolet mee voor extra grip.
Bij het laminoir gaat Randy als eerste door de nauwe doorgang en passeert succesvol. Hij is inmiddels een ‘specialist d’étroitures’! Ik volg, maar besluit na de eerste helft om te keren, het passeert wel als ik goed uitadem. Maar we naderen ook onze vooropgestelde tijdslimiet, want we moeten om 19 uur bij Damien zijn voor een afscheidsdiner. De terugtocht belooft nog pittig te worden. Het pad bestaat grotendeels uit een brede goot gevuld met 20 tot 50 cm slijkwater. Alsof we de hele tocht aan het dansen zijn, zo glibberig is het! We gaan meermaals onderuit.
Foto Seppe Meyvis: Randy in het Laminoir de la Bouserouille |
Op de terugweg, niet ver van de ingang, komen we nog een ander groepje jonge speleologen tegen. ‘Vous êtes les plongeurs belges?’ Randy neemt het woord en schittert als een ware internationale ster!
Ik ben diep onder de indruk van deze grot en weet nu al dat ik vaker terug ga komen om het systeem verder uit te kammen. Achter het laminoir ligt nog de mysterieuze Galerie des Mikados, die nog spectaculairder schijnt te zijn. Ook de stroomopwaarts gelegen Grotte du Deujeau zou de moeite waard zijn. Een aparte tocht, zonder de last van de portage van de duikspullen, lijkt een goed plan voor de toekomst.
We sluiten de dag af met een gezellig diner bij Damien. Damien en Véronique trakteren op pizza’s en mijn vriendin en ik hadden nog twee schotels pasta al forno met gehaktballetjes gemaakt. De andere Véronique trakteert ons nog op een overheerlijke appeltaart als dessert. We maken alvast plannen voor een volgende expeditie, hopelijk in een periode met minder water, vlak na de zomer.
Zondagochtend – Afscheid
Randy en ik nemen afscheid van Jos en verlaten het basecamp. Hoewel we geen duikresultaten hebben geboekt, was deze expeditie toch fantastisch. De kennismaking met de Chaland was intens, uitdagend en inspirerend.
To be continued!
Seppe
1 opmerking:
Leuk verslag, en ja de Chaland en de Deujeau zijn prachtige grotten. Je kan gerust al een weekje "klassiek" gaan grotten daar in de buurt.
Chaland
Deujeau
Captiot
Malatières
Trou Pinard
...
Een reactie posten