woensdag 19 februari 2025

Exploratie Chaland in de Haute-Saône

 Expeditieverslag: Exploratie Chaland in de Haute-Saône (12-16 februari)

Intro

Tijdens een Rigotte-Vannon-expeditie in de zomer van 2024 vroeg Damien Grandcolas (SC Vesoul), een lokale speleoloog uit de Haute-Saône, om de siphons avals van de Chaland te herbekijken. De Chaland is met 10.200 meter het grootste grotsysteem van de Haute-Saône. Deze sifons werden 25 jaar geleden geëxploreerd door Jean-Marc Lebel (†) en eindigden op een ondoordringbare étroiture.

Met een auto vol duikmateriaal en een flinke dosis enthousiasme arriveren Randy en ik woensdagavond in het basecamp bij Jos Beyens (SC Avalon) in Poinson-lès-Fayl. De sfeer zit er meteen goed in. Met een drankje in de hand nemen we de topografie van de Chaland nog eens zorgvuldig door.


Topo Chaland (publicatie met toestemming van de auteur)

Je kan een uitgebreid artikel over de Chaland terugvinden in Speleo magazine nr. 125: http://www.speleomag.com/2024/03/speleo-magazine-125/

Donderdag – Portage duikmateriaal

Om 9 uur verzamelen we bij de ingang van de Chaland. We ontmoeten Damien (SC Vesoul) en zijn collega-speleologen Pépé en Jean-Marc (SC Spiteurs Fous). Een sterke ploeg om deze ondergrondse uitdaging aan te gaan.

De afdaling begint in de Gouffre des Petit Chailles (P21), waarna we via een mooie affluent al snel in de imposante collecteur terechtkomen. Het is een indrukwekkend aquatisch systeem. Na 45 minuten waden door de ondergrondse rivier bereiken we de eerste grote splitsing: links het semi-fossiele gedeelte richting Bar Tabac, rechts het vervolg van de collecteur die via ‘La Rivière Furieuse’ verder leidt naar de sifons.

Foto Seppe Meyvis: Damien in la Rivière Furieuse

Ons doel ligt dus verder stroomafwaarts, bij de siphons avals. De eerste sifon (S1) kunnen we passeren via de shunt Taquin. Vervolgens komen we in ‘La Rivière Furieuse’, een krachtige ondergrondse rivier met een stevig debiet. We beseffen al snel dat duiken vandaag geen optie is.

Onze tocht neemt een onverwachte wending wanneer Jean-Marc in een kleine cascade ten val komt. Gelukkig kan hij op eigen kracht verder, maar hij besluit voorzichtig terug te keren. We droppen onze vijf kitzakken met duikmateriaal bij de sifon (S2). Randy en ik zwemmen nog een stukje stroomafwaarts om de effectieve ingang van de sifon te inspecteren. Tot onze verbazing is de duiklijn van Jean-Marc Lebel, die hier 25 jaar geleden werd geïnstalleerd, nog intact. Of deze lijn nog in goede staat is tot aan de étroiture bij sifon 5, zal de toekomst moeten uitwijzen. Hoe dan ook zal er een nieuwe duiklijn geplaatst moeten worden.

Foto Seppe Meyvis: Randy in de S2 aval

Na maanden van voorbereiding en het bestuderen van de topografie had ik gehoopt te kunnen duiken. Helaas beslist ‘La Rivière Furieuse’ daar anders over. Op de terugweg verkennen Jos, Randy en ik nog een stuk voorbij Bar Tabac – een prachtig reséau. 

We sluiten de dag af bij Damien thuis, waar we hartelijk worden ontvangen door zijn vrouw Véronique. We genieten van een heerlijke kom verse soep.

Vrijdag – Alternatief plan: graven in Grotte de la perte du Moulin

De weersvoorspellingen voor de komende dagen zien er beter uit, maar zo’n complex hydrologisch systeem heeft tijd nodig om tot rust te komen, zeker met een verzadigde bodem. Daarom benutten we de dag anders: we gaan graven aan de Grotte de la perte du Moulin, een oude perte in de linkse oever van de Rigotte. Jos schrijft hierover een apart expé-verslag.

Zaterdag – Recuperatie duikmateriaal en tocht richting Laminoir de la Bouserouille

Om 10 uur verzamelen we opnieuw bij de ingang van de Chaland. Ditmaal sluiten speleologen Véronique en Jean-Philippe (SC Vesoul) aan. We ontmoeten ook een groepje jonge speleologen, die vandaag de Chaland zullen bezoeken. Een van hen kwam in juli 2024 vast te zitten in Bar Tabac na een plotselinge hevige crue van de collecteur. Damien was toen verantwoordelijk voor de secours.

Foto Seppe Meyvis: Véronique en Jos tijdens klaarmaken


Foto Seppe Meyvis: equipperen van de Gouffre des petites Chailles

De voorbereidingen die dag zijn minder prettig: onze modderige speleopakken en schoenen zijn bevroren. De rijke speleologen van Avalon, die zich een tweede pak kunnen veroorloven, hebben hier minder last van. :-)

Met het traject van donderdag nog vers in het geheugen, vorderen we vlot en halen we het duikmateriaal op bij de sifon. Het is voor iedereen duidelijk dat nu duiken een kamikaze-operatie zou zijn. Niet voor vandaag dus.

Foto Seppe Meyvis: Véronique en Jos in de collecteur

Randy en ik willen nog wat extra actie. Voorzien van voldoende eten, drinken en een goede point chaud wagen we ons aan een tocht naar het ‘Laminoir de la Bouserouille’. 

Onderweg passeren we de Galerie des Chailles, Sahel-eau, de betoverend mooie Galerie Féérique, Les Dunes, Galerie des Conifères en tot slot het beruchte laminoir. De grot wordt alleen maar mooier naarmate we verder gaan. De galerijen zijn ruim en indrukwekkend, met hoge chemineés. Helaas kunnen we de immense schoonheid met onze beperkte belichting en slechts een GoPro’tje moeilijk vastleggen.

Foto Seppe Meyvis: Galerie des Conifères

Tijdens deze tocht moet ik denken aan Damien. Hij heeft hier jaren geleden, na het in apneu (!) passeren van een sifon van -3 meter diep en 10 meter lang, dit indrukwekkende reseau kunnen exploreren. Dat moet absoluut waanzinnig geweest zijn! Pas later werd de artifciële put Gouffre des Petit Chailles gegraven, die nu toegang biedt tot het systeem zonder de sifons te hoeven duiken.

Foto Seppe Meyvis: Randy in Galerie Féérique

Jos had ons gewaarschuwd voor de verraderlijke kleihellingen, en hij had gelijk: ze zijn spekglad. Een moment van onoplettendheid kan je duur komen te staan. De volgende keer neem ik misschien een piolet mee voor extra grip.

Bij het laminoir gaat Randy als eerste door de nauwe doorgang en passeert succesvol. Hij is inmiddels een ‘specialist d’étroitures’! Ik volg, maar besluit na de eerste helft om te keren, het passeert wel als ik goed uitadem. Maar we naderen ook onze vooropgestelde tijdslimiet, want we moeten om 19 uur bij Damien zijn voor een afscheidsdiner. De terugtocht belooft nog pittig te worden. Het pad bestaat grotendeels uit een brede goot gevuld met 20 tot 50 cm slijkwater. Alsof we de hele tocht aan het dansen zijn, zo glibberig is het! We gaan meermaals onderuit.

Foto Seppe Meyvis: Randy in het Laminoir de la Bouserouille

Op de terugweg, niet ver van de ingang, komen we nog een ander groepje jonge speleologen tegen. ‘Vous êtes les plongeurs belges?’ Randy neemt het woord en schittert als een ware internationale ster!

Ik ben diep onder de indruk van deze grot en weet nu al dat ik vaker terug ga komen om het systeem verder uit te kammen. Achter het laminoir ligt nog de mysterieuze Galerie des Mikados, die nog spectaculairder schijnt te zijn. Ook de stroomopwaarts gelegen Grotte du Deujeau zou de moeite waard zijn. Een aparte tocht, zonder de last van de portage van de duikspullen, lijkt een goed plan voor de toekomst.

We sluiten de dag af met een gezellig diner bij Damien. Damien en Véronique trakteren op pizza’s en mijn vriendin en ik hadden nog twee schotels pasta al forno met gehaktballetjes gemaakt. De andere Véronique trakteert ons nog op een overheerlijke appeltaart als dessert. We maken alvast plannen voor een volgende expeditie, hopelijk in een periode met minder water, vlak na de zomer. 

Zondagochtend – Afscheid

Randy en ik nemen afscheid van Jos en verlaten het basecamp. Hoewel we geen duikresultaten hebben geboekt, was deze expeditie toch fantastisch. De kennismaking met de Chaland was intens, uitdagend en inspirerend. 

To be continued!

Seppe


woensdag 29 januari 2025

Frankrijk, een zondag in januari...

Op 19 januari trokken Stijn en ik (Seppe) naar de Perte des Mazurettes (hierna PDM) in Signy d’Abbaye, net over de grens in Frankrijk. Het doel was te werken aan een mogelijke verbinding tussen de Petit Gouffre des Mazurettes (hierna PGDM) en het Réseau Ensemble van de PDM. Om zo, na vele jaren, het systeem opnieuw toegankelijk te maken. Zoals ook beschreven in het vorige verslag. Voor mij was dit een eerste kennismaking met zowel de streek als het systeem.

Topografeerwerk aan de oppervlakte

We begonnen de dag met topografeerwerk aan de oppervlakte. Het doel is de positie van een blaasgat in de PGDM te kunnen bepalen ten opzichte van de PDM. Vanuit de ingang van de PDM werkten we richting een graafproject van Cascade in een nabijgelegen doline, met als eindpunt van de toposessie de PGDM. 

Portage

Met vier kitzakken desobmateriaal daalden we af en topografeerden we het grotje. De overgang van de vrieskou buiten naar de warme temperatuur binnen in de grot deed deugd, het moest niet veel langer duren. Onderaan de ingangsput (P6) verzamelden we wat afval dat we later mee naar buiten namen. Het blijft ons verbazen hoe sommige mensen dolines verwarren met een containerpark.

PDGM ingang

Onderaan P6

Topo

Desobstructie blaasgat Petit Gouffre des Mazurettes

Op het diepste punt van de grot zit er een blaasgat, een smalle spleet van 15x50cm, waar duidelijk tocht uitkomt. Verderop, in een klein zaaltje met een mooie schouw, merkten we een tweede blaasgat op, met vergelijkbare afmetingen. Aanvankelijk hadden we niet door dat hier ook tocht uit kwam.

Diaclase boven R2

Desob

We begonnen met het verbreden van de spleet. De kalksteen in onze chantier is van een sedimentair karakter, beige en grijs van kleur, en voelt broos aan – bijna als chape, maar toch wat sterker. De constante luchttoevoer uit het tweede blaasgat garandeerde een veilige werkomgeving. Toch bleven we voorzichtig en maten we regelmatig de luchtkwaliteit met onze multigasmeter, waarvan het vrouwelijke stemmetje inmiddels als een vaste exploratiepartner aanvoelt, wat zouden we doen zonder haar? We maakten 1,8 tot 2 meter progressie, al werd het werk steeds moeilijker door de smalle tunnel. Na enkele uren besloten we dat het mooi geweest is en stoppen we ermee, we hebben nog een tweede objectief die dag.

Inspectie van het zinkgat in de Perte des Mazurettes

Het toegangsluik onderin het zinkgat beneden in de PDM (zie vorige verslag) zou geopend moeten worden om de opgehoopte modderlaag natuurlijk te laten wegspoelen. We daalden af in de mooie ruimte put van de PDM. Onze ‘landing’ onderaan de put veroorzaakte een kleine aardverschuiving; een aantal kubieke meters slijk en stenen zakten aan een relatief snel tempo verder naar beneden, wat zowel fascinerend als intimiderend was.

Na enige twijfel besloot ik de modderlaag boven het luik te betreden, hoewel ik geen neopreen droeg en het al behoorlijk koud had. Stijn equipeerde een speleotouw boven het luik, zodat een exit-scenario uit het drijfzand verzekerd werd. Ik waagde me naar het luik en rijk met mijn arm naar beneden in de modder, maar kan het luik niet voelen, mijn arm zit tot aan mijn nek in het slijk, dat is meer dan een meter! Dit was gekkenwerk. Ik rukte mezelf los uit het slijk en besloot het erbij te laten. 

We sluiten de dag af met een ijskoude spoelsessie in de lavandière in het dorpje. Dit is modder van de ergste soort. 

Topografie

Thuis ging ik aan de slag met de gemaakte topopunten. Een ideaal grotje om wat ervaring op te doen met de topo-software. De komende dagen communiceren Geert, Stijn en ik dagelijks over de materie van het topografiewerk. Met wat goede tips lukt het wel. Ik koppel de net gemaakte topo van de PGDM aan de PDM, pas de juiste UTM rotatie en declinatie toe en kan, onder voorbehoud van de correctheid van de bestaande topo, vaststellen dat onze desobwerken op 6 horizontale en 3 verticale meters van het Reseau Ensembe zitten! Hier zit potentieel in, we moeten snel terug.

Topo PGDM (DRAFT)

Seppe


donderdag 9 januari 2025

The French roots...

Het jaareinde is zo'n moment om even terug te blikken naar het verleden. We kijken met deze post zo'n 10 jaar terug en zoeken een oude bekend op, een project dat nooit afgewerkt is geraakt. 

Zoveel jaren terug verdiepte we ons in de karst rondom Signy l'Abbaye, een stadje dat 'Ses Curiosités Hydrographiques' promoot. De stad verloor z'n abdij na de Franse revolutie, maar de bronnen zijn er nog steeds, wij verkenden er de bron van de Vaux en de grote Gibergeon karstbron. De omgeving van Signy telt vele kleine grotjes, maar slechts één grot die zich leent tot speleo-sportief, de Perte des Mazurettes (PDM). 

Sinds lang op de wishlist van de duikers staat de siphon aval van deze grot, nooit gedoken en de reden is eenvoudig, deze is zeer moeilijk bereikbaar. De PDM is dan ook bekend (berucht) om z'n sportieve meander (zo'n 75m), waar je niet snel duikflessen gaat meeslepen.

Jaren hebben we gewerkt aan een shunt van deze meander, telkens ervan overtuigd dat we die bij elk nieuw bezoek gaan realiseren, maar de geschiedenis heeft het anders beslist.

Sommige teamleden geven echter niet snel op en een nieuw plan wordt uitgewerkt, een nieuwe ingang tot de grot !?!?

Zo gezegd, zo gedaan, dus een rondje ARVA meten. Twee courageuse teamleden gaan de grot trotseren, twee ander speuren de omgeving af...

Het is geweten dat exploratiespeleologie niet altijd volgens de planning verloopt, er zijn te veel onbekende factoren die een rol spelen, het weer is één factor maar dat lijkt wel mee te vallen.

De grot begint met een mooie P14, in twee delen, maar het tweede deel maakt de planning tot brandhout, er staat water en modder in de put, de passage is geheel onderin, dus hier kunnen we een kruis over maken. 

water in de PDM put

Na 30 minuten staan we terug buiten. De topografie zegt dat een bepaald deel van de grot slechts 1 à 5 m onder een doline ligt. Veel hoop dat we er op de doorgang stoten is er niet want als we er enkele meters naast zitten is de doorgang niet te vinden. We doen uiteindelijk een sondage van ongeveer 1,8m en boren nog eens 1,2m dieper, alles in de kleverige aarde, dus bij 3m diepte zitten we nog steeds niet aan de rotsbodem.

sondage

Een probleem sinds vele jaren in de PDM zijn de grote crue's die veel stenen en modder mee in de grot sleuren. De kans bestaat dat de grot zo helemaal verstopt geraakt, en in die optiek werd in 2018 onderin de put een rooster geplaatst dat stenen uit de meanders moet houden. En het is dat rooster dat ons nu parten speelt, want het verstopt de natuurlijke evacuatie van modder. In de bedding bovengronds merken we dat er een grote grondverschuiving heeft plaatsgevonden die waarschijnlijk de oorzaak is van het probleem. Ook zien we dat de putten regelmatig vol komen te staan waarna het water een andere weg zoekt. Terug naar de tekentafel...

Nog enige tijd over hebbende voor het donker wordt gaan we dan nog even een verplicht bezoek brengen aan de twee hoger vermelde bronnen. Retour BE.

...

Al snel worden er nieuwe plannen gemaakt om de stop vrij te maken. Eens dat de stop eruit is, hopen we dat de wintercrues grote schoonmaak houden.

Een goeie week later staan we opnieuw aan de rand van de put, waarvan de bodem nu helaas herschapen is tot een bassin!

PDM put nu een bassin

We zijn eraan voor de moeite. De regen van afgelopen dagen kan niet snel genoeg de diepte in. Vermoedelijk loopt het bassin nu over in de richting van de Taupes, naar het Réseau Ensemble. Een verbinding waar we al lang van dromen, en hopelijk ooit fysiek kunnen maken.

Opnieuw aan het oppervlak, waar de temperatuur flirt met het vriespunt, besluiten we wat te gaan rondneuzen. Als eerste gaan we de zelf gegraven put in de grote Doline Amont bekijken. Daar zijn geen verdere verzakkingen te zien. Ten tweede dalen we de nabijgelegen kleine Gouffre van de Perte des Mazurettes af. De ontwikkeling is groter dan wat er op de topo staat, en geheel onderaan zit een blaasgat. Het gaat om een meander van 10 bij 40cm. Niet direct iets waar we wild van worden.

Waar we wel enthousiast over zijn is een doline verderop in het bos waar er tussen enkele blokken zicht is op vervolg. Uiteindelijk kunnen we een blok demonteren en een 8 tal meter grot verkennen. Het eindpunt is helaas impenetrabel. Jammer, want in de buurt is er een interessante perte. Maar, net als quasi alle verdwijnpunten in de streek, is ze verheven van het slijk!

première?

De ontnuchtering kwam de volgende dag. In de literatuur lees ik over de perte en de nabijgelegen interessante grot Le Craque genaamd. Een grot, door ons vrijgemaakt en getopografeerd nu 12 jaar geleden. Lieve hemel, we worden oud. Geen nieuwe grot dus, maar wel een sappig verhaal om te vertellen bij een après explo. Ontdekken, en herontdekken!

Hierbij de nooit gepubliceerde topo.

G, S


dinsdag 24 december 2024

Forever Bellevaux ...

 First of all, Season's Greetings from the exploration team and the whole Cascade caving group !

Credits to Dieuwert

Vorige zondag in Verviers...

Beginnen op een muur van aarde, stenen en wortels en eindigen met een nieuwe grotingang. Dit was in een notendop de opbrengst van een dagje 'droge' exploratie op het systeem van Bellevaux-Croisiers. Met vijven reden we zaterdag voor een dagje over en weer naar onze bekende stek in de Ardennen. Stijn, Randy, Kris en Ewout kwamen om te graven; Geert verzorgde de catering met een geïmproviseerde hamburgertent onder de porche van de Bellevaux.

De doelstellingen hadden we vooraf vastgelegd. In de eerste plaats wilden we meten of de ventilatiebuis die doorheen de eerste sifon van de Bellevaux werd getrokken inderdaad zijn werk doet. Post-sifon bedraagt het zuurstofniveau er nauwelijks 14%, wat de portage naar de volgende sifon ernstig bemoeilijkt. In een vorige sessie werd daarom een buis doorheen deze sifon getrokken (zie vorige post). Het idee is dat de lucht zich via die buis op natuurlijke wijze zal verversen, ook al is de diameter van deze ventilatiebuis slechts vijf centimeter. Met een zuurstofmeter wilden we controleren of de uitgeblazen lucht effectief al meer zuurstof bevat. Omdat de temperatuur van de buitenlucht gelijk was aan de lucht in de grot was er echter nauwelijks tocht. De metingen leverden geen bruikbare resultaten op. 

Het geluk hielp ons echter een handje, want rond de middag kwam onverwacht een mini-duikploeg uit Nederland langs om doorheen de eerste sifon te duiken en - jawel - het zuurstofniveau achter de eerste sifon te meten. Hun bevindingen brachten wel duidelijkheid. Het zuurstofniveau post-sifon bedraagt intussen 17,6%. Dat is nog altijd een stuk lager dan de 21% in de gewone lucht, maar al heel wat meer dan voorheen. Hiermee is het bewijs geleverd dat er langs de ventilatiebuis langzaam maar zeker betere lucht naar binnen sijpelt. De eerste doelstelling van de dag was hiermee behaald.

Als tweede doelstelling wilden we de perte van de Bellevaux verder vrijmaken. Een blok verspert de ingang van de sifon, waardoor er relatief weinig water naar binnen stroomt. Dit kan er op termijn voor zorgen dat de eerste sifon in de Bellevaux opnieuw dicht slibt, nadat ze geopend was door de supercrue van 2021. Door meer water toe te laten, denken we dat het langer zal duren voor de sifon opnieuw ontoegankelijk wordt. Het blok gaf zich al gauw gewonnen en nu spoelt het water van de Vesder met een krachtige stroom naar binnen.


Deze operatie had ook een keerzijde. Via de perte kan je binnen in een klein réseau van waaruit er misschien een verbinding gemaakt kan worden naar de Surdents. De mogelijkheden in die twintigtal meter gangen moeten nog grondig onderzocht worden. Door de perte open te maken, is dit réseau echter niet langer toegankelijk. Daarvoor stroomt er bij normale waterstand teveel water naar binnen. De enige optie was dan ook om een nieuwe ingang naar dit réseau te zoeken. Eerder al had Stijn van dit kleine gangenstelsel een topo gemaakt. Op het uiterste punt had hij zijn maten horen babbelen die buiten op het pad stonden te wachten. Het kon slechts een kwestie van decimeters zijn om een nieuwe toegang te maken naar dit systeem.


Met z'n allen speurden we alle plekjes af die in aanmerking kwamen voor een verbinding. De enige kanshebber was een muizengat van 3 cm diameter waar alleen de meest optimistische speleo's enige luchtstroom in meenden te voelen. Met een pikhouweel, beitels, hamers en ander krachtig materiaal vielen we de plek aan. Al na de eerste seconden raakte de piepkleine opening verstopt met aarde waardoor er geen enkele aanwijzing meer was naar een grot. Intussen boden de grond, rotsen en omliggende wortels krachtig weerwerk. In plaats van de bodem was het eerder onze motivatie die begon te verkruimelen.


Maar dan kwam ons geheime wapen in actie. De hamburgers van Geert - inclusief bickysaus en gebakken uitjes - gaven iedereen weer nieuwe energie. En terwijl de laatsten nog de laatste happen van hun hamburger namen, stond Stijn alweer te hakken. En ditmaal met succes. Het piepkleine gaatje werd weer zichtbaar. Maar niet alleen een gaatje. Er kwam een brede spleet te voorschijn met aan de linkerkant enkele meters plat vervolg en aan de rechterkant zelfs een putje. Nu duurde het niet lang meer voor we de rots kleiner hakten en we ons in het putje konden laten zakken. 


Verder dan onze eigen lichaamslengte gingen we voorlopig niet, maar Stijn was er zeker van: "Hier ben ik al geweest. Dit is de plek waar ik de anderen kon horen." Hiermee is de nieuwe toegang tot het réseautje voorbij de perte een feit. Het vervolg is voor later, samen met onze vrienden van GRSC & Co, maar nu al is duidelijk dat er nieuwe mogelijkheden zijn.

K.

woensdag 11 december 2024

HVAC Grot.

We dromen er al een tijdje van om ooit een doorsteek te doen van de Bellevaux naar de Croisiers grotingangen. Wat ons momenteel tegenhoudt is de slechte luchtkwaliteit post-sifon. Aan de hand van metingen en publicaties proberen we te achterhalen uit welke gassen de lucht is samengesteld. We meten momenteel 14% zuurstof, en ruim 23000 ppm (2,3%) CO2. Verder zijn er geen brandbare gassen aanwezig, nog CO. We hebben al aan de lijve ondervonden dat deze lucht adembaar is, maar veel overschot is er niet! Je kan natuurlijk ook de vraag stellen of het gezond is om dergelijke inspanningen te doen in deze dubieuze luchtkwaliteit, voor en na een duik? M.a.w. het is te vroeg om een veilige doorsteek te organiseren. Belangrijke vraag daarbij is: wat kunnen we daaraan doen?

25m slang in 3 zakken


Een mogelijkheid zou kunnen zijn om de portage tussen twee sifons op perslucht te doen. Of dit realistisch is heb ik afgelopen zondag getest? Het antwoord is: NEEN. Je zou minstens al met een neusknijper moeten werken om te vermijden dat je gaat valsspelen. Los daarvan kom je gewoon lucht tekort, ploeteren met dergelijke gewichten zorgt ervoor dat je buitensporig gaat ademen. Het resultaat is dat de eerste trap van de ontspanner bevriest met alle gevolgen van dien.

Een andere denkpiste die we willen testen in de grot is: kunnen we de post-sifon laten ademen door een buis?

25m buis wordt naar binnen gebracht

Op dit moment ligt er een buis met een diameter van 50mm door de S1 van Bellevaux. Een buis van 25m lang zorgt er nu voor dat de lucht, afhankelijk van de klimatologische omstandigheden vrij in en uit de post-sifon kan stromen. We hebben gemerkt dat de grot alvast gestart is met ventileren. Ook hebben we gebruik gemaakt van de buis om de restlucht uit de duikflessen te purgeren post-sifon, het is misschien een druppel op een hete plaat, maar daarmee is de toon gezet. De buis doorblazen zal op termijn noodzakelijk zijn, willen we die open houden.

Leuk om te weten, al is het experiment niet nieuw, je kan zeer goed communiceren door een buis. Zelfs wanneer die door een sifon loopt en 25m lang is, de communicatie is 5/5 'loud & clear'. Zie ook: https://scavalon.blogspot.com/2019/12/topo-in-trou-wuinant.html

start duik Bellevaux S1

Los daarvan is er halfweg de post-sifon een ankerpunt geplaatst met enkele voetlussen, dat moet er in de toekomst voor zorgen dat een drempel er gemakkelijker te nemen is. Om deze te plaatsen heb ik de helft van m'n duikfles leeg geademd, maar dat heb je al eerder gelezen. 

Geert met z'n collectie meettoestellen


Verder zijn al onze meettoestellen met elkaar vergeleken. Drie zuurstofmeters en drie CO2 meters werden met elkaar vergeleken. Je kan het resultaat zien in de tabel (metingen in volgorde  van tijd van links naar rechts)


We hebben tenslotte ook kunnen vaststellen dat de overloop van de Surdents opnieuw water slikt, iets wat op termijn positieve gevolgen kan hebben op een mogelijke doorsteek van Surdents naar Croisiers, maar dat is een ander project. 

...Het lijkt allemaal een beetje op kinderen opvoeden. Je stuurt bij, maar uiteindelijk moeten ze het zelf redden. De grot is aan het werk!

Red: HVAC is misschien wat overdreven, laat het ons houden bij de V van ventilatie.

(foto's © Seppe)

S.


dinsdag 5 november 2024

BSC, the next episode...

Verslag van een exploratie in het karstsysteem BSC (Bellevaux-Surdents-Croisiers) op 26 oktober 2024

De duikexploratie in de Résurgence des Croisiers (verslag Seppe)

De dag begint met mooi weer en we zijn vol verwachting; onze missie is helder maar uitdagend: de duiklijn tussen Croisiers en Bellevaux verbinden en de achtergelaten reel recupereren.

Om de duik te vergemakkelijken plaatsen Stijn en Randy barrages voor de ingangen van de S1, waarmee we het waterniveau in de grot met een twintigtal centimeter verhogen. We nemen afscheid van Stijn,  die gaat de Perte van Bellevaux opmeten, een werkje waarvoor ze klaarblijkelijk niet in de rij staan. Maar het lijkt al bij al nog mee te vallen (zie verder). Onze duik door de S1 verloopt vlot, alsof de grot ons inmiddels kent en verwelkomt. Bij aankomst in de Salle des Castors voeren we enkele metingen uit: zuurstof schommelt rond de 14-15%, net boven de ondergrens. En met de zelfgemaakte CO2 meter van Geert meten we 13.600 ppm, dat is best oké, al voelen we het wel, deze waarden komen overeen met een vorige metingen in maart 2024. De vraag blijft nog steeds welke gassen het gebrek aan zuurstof vervangen? (alvast geen H2S, CO noch brandbare gassen want die werden eveneens gemeten)

CO2 meting Salle des Castors


Hierna start ik mijn duik in de S2. Het water is onverwacht troebel, normaal hebben we hier goed zicht. Mijn vermoeden zegt me dat het verderop in de koude rivier nog slechter zal zijn. Maar tot mijn verbazing toont de rivier zich van haar beste kant – helder als nooit tevoren, terwijl de thermale rivier eerder troebel is. Dit is enigszins vreemd, normaal komt er net helder water uit de bronnen. Bovendien zit er een behoorlijk debiet op de rivier, ik moet stevig palmen. Ook dit is vreemd, want de perte van de Bellevaux grot zit volledig verstopt! Komt er nog van ergens anders water in de rivier terecht? Dus nieuwe vraagtekens.

Seppe start duik


Seppe start duik

Duiklijn met organisch materiaal

Aangekomen bij de beruchte Puits du Farfouillage (-21m) plaats ik twee permanente markers met tekst op de lijn – de ene richting 'Croisiers' en de andere richting 'Bellevaux'. De afdaling in deze schacht van twintig meter diep blijft indrukwekkend; soms kan ik de overkant niet eens zien. Eenmaal op de bodem zwem ik onder de lage passage en vervolgens door de grote mooie galerijen. Hier verslechtert het zicht snel door mijn luchtbellen die het plafond raken en stof laten neerdwarrelen.

Duiklijn markers


Rotsbrug

Nu wordt het spannend, ik nader de étroiture tussen tien en vijf meter diepte. Hier heb ik de vorige keer heel wat meters duiklijn gelegd in nul zichtbaarheid, waardoor ik geen elastieken noch picketten kon installeren. Ik duik nu, opnieuw in 0m zicht, met meters slappe duiklijn in mijn handen, een situatie die niet zonder risico is. Wat verderop stoot ik, op de bodem, op de reel die ik de vorige maal heb achtergelaten op het strandje post sifon. Mijn bezorgdheid, dat de reel in een ontoegankelijke spleet zou gerold zijn, was gelukkig onterecht. Ik duik verder met de reel, terwijl ik de slappe lijn achter me aan strak trek. 

In de klok, waar ik de vorige keer eindigde, wil ik de lijn verbinden met die van Stijn, een lijn die vanaf Bellevaux werd gelegd, maar ik kan zijn lijn nergens vinden. Zitten we wel in dezelfde klok? Of scheidt ons nog een stukje onbekende sifon? Ik merk dat de reel, door de corrosie van maanden in het water te hebben gelegen, niet meer afrolt, maar ik slaag er alsnog in een lus te knopen in de beschikbare lijn, al moet ik voorzichtig zijn om de lijn niet te beschadigen of in een gevaarlijke positie door de étroiture te trekken. Ik bevestig een picket door de lus en veranker de lijn op het strand. Klaar voor een vervolg.

Lijnverankering


Gerecupereerde reel

Bij het verkennen van de klok (ik leg dit ook vast op video) besef ik dat ik al lichtjes over de grens van mijn gasmanagement ben gegaan. De terugweg biedt geen ruimte meer voor topografie want het zicht is zo slecht dat ik het licht van mijn hoofdlamp of computer zelfs niet kan zien. De terugweg is een botsparcours, iets wat we inmiddels gewoon zijn.

Terug op de kampeerplaats wachten Geert, Dirk en Rosita ons op. Stijn zit nog in de Bellevaux perte. Randy verdient bijzondere dank voor de portage, het gezelschap en het geduld. Het was een succesvolle dag – de reel werd gerecupereerd, de lijn strak gelegd en er waren geen incidenten – maar de lang verwachte verbinding is er nog niet.

Ondertussen in de Perte van de Bellevaux grot (verslag Stijn)

De Perte is vandaag niet actief, en de grot is relatief droog. Twee passages worden al gravend aangepast. Uit eerdere topografieschetsen is duidelijk dat het niet om première gaat. Een derde passage kan na 15’ graven vrijgemaakt worden, en is wel première. Het gaat om een kleine kamer met zicht op een volgende. Om de tweede kamer te bereiken is een koevoet niet voldoende. Er is wind, maar de vraag is of die niet gewoon van buitenaf komt!? Het is een zeer complexe zone. De topografie, die nu afklokt op 81m moet uitsluitsel geven. Zeker is dat er vroeger veel, en nu iets minder water naar de Surdents grot loopt. Miss is dit wel de te volgen weg voor een passage Bellevaux- Surdents? 

De topo tekening wordt eerstdaags geboren.

Toerisme... (verslag Geert)

Ik geef aan Dirk en Rosita een spoedcursus Croisiersologie, het is hun eerste bezoek aan de site. Ik toon de ingangen, neem drone beelden en verzorg de BBQ. En tussendoor krijgen we nog een gratis luchtshow door kraanvogels en ook van een bekende piloot-duikvriend…

Kraanvogels schilderen een mammoet in de lucht !



donderdag 10 oktober 2024

Specialisten in onderaanneming...

Op uitnodiging van Guy Van Rentergem, een collega-speleoloog en expert in ondergrondse sonar- en lidarmetingen, voerden we op zondag 6 oktober een verkenningsduik uit te Han-sur-Lesse. We kennen Guy van de scans van de watertoren in Oostende en zijn werk met lidar- en sonartechnieken in verschillende karstsystemen in België, waaronder de Grotten van Han. Op YouTube is veel van zijn 3D-werk te vinden, zeker de moeite waard om eens te bekijken.

Guy maakt met behulp van zijn sonarboot scans van de rivierbedding van de Lesse en vermoedt de aanwezigheid van een onbekende sifon op 5,7 meter diepte. 

sonar scan (c GVR)
De ligging is in de onderaardse Lesse, nabij de Salle de l'embarquement. Nazicht van de oriëntatie van de kalksteenlagen wijst uit dat de interstrata gunstig zijn voor de mogelijke aanwezigheid van onontdekte grotten, wat onze verwachtingen verhoogt. Een Cascade duikteam werd ingezet om deze ontdekking verder te onderzoeken. Stijn en Seppe zullen deze duik uitvoeren, Randy en Geert leveren de oppervlaktesupport.
de duikers
De Verkenningsduik

Na onze ontmoeting met Guy, trekken we naar de Trou de Han. De Lesse duiken, met zijn aanzienlijke diepte en debiet, vereist een zorgvuldige voorbereiding. We duiken in droogpak en 300 bar-flessen, we hebben 250 meter duiklijn, staalnameflesjes voor waterconductiviteit en een multigasmeter in drytube voor eventuele gasmetingen post sifon.

Stijn bevestigt de duiklijn aan een natuurlijk ankerpunt en ik klik een leeflijn aan de duiklijn vast, waardoor ik beide handen vrij heb om te filmen. Deze techniek biedt extra veiligheid in uitdagende omstandigheden. Tijdens onze afdaling, waarbij we de bedding zorgvuldig verkennen, vinden we tussen de middelgrote rotsblokken helaas geen doorgang naar de veronderstelde sifon. Hoewel de diepte op de locatie min of meer consistent is met Guy's metingen (5,7 meter), beëindigen we na 20 minuten de zoektocht zonder een nieuwe doorgang te ontdekken.

de duikplaats
Evaluatie 

Na afloop brengen we verslag uit aan Guy en de rest van het team. We zijn teleurgesteld dat er geen sifon wordt gevonden, maar hij waardeert de verdienstelijke duikpoging. Hopelijk kunnen we hem in de toekomst nog vaker ondersteunen met duikwerk.

Plan B

Aangezien we dit scenario konden voorzien, hebben we ook een alternatief plan om de dag rond te krijgen: We zullen de sifons van Réseau Sud verkennen. Deze werden alle flink verkend na de ontdekking van het réseau in 1959. Aangezien de kans reëel is dat er niet kan gedoken worden, nemen we geen duikmateriaal mee. Wel in neopreenpak herbekijken we verschillende sifons in het Réseau Sud, met de focus op het Ruisseau  Permanent, er zijn meerdere vertakkingen maar alle doorgangen blijken verstopt met ondoordringbare modder, waardoor een nieuwe exploratie van de sifons er voorlopig weinig potentieel biedt.

We doorliepen al de Salle Cornet, de Galerie des Excentriques, de Salle des Sinanthropes en de Egout rivier (die actief was). We bezoeken dan nog de Salle du Corail en Salle de la Pentecôte. Deze laatste is de grootste ondergrondse zaal van België, een adembenemende ervaring voor elke speleoloog om deze te kunnen bezoeken. Aangetrokken door water gaan Stijn en Randy nog de recente Coen-verbinding bezoeken, een modderige doorsteek die het Réseau Sud verbindt met de ondergrondse Lesse. Geert en Seppe nemen enkele foto's in de de Salle de la Pentecôte.

Pentecôte
Conclusie en toekomstperspectieven

In de onderaardse Lesse konden we geen nieuwe sifon ontdekken op de door Guy aangegeven plaats, maar enkel een zone met blokken. Vergelijkende metingen van de conductiviteit hebben we dan ook niet kunnen uitvoeren (de rivier was 148uS).

Net zoals onze voorgangers konden vaststellen zijn de sifons van het Ruisseau Permanent niet (nauwelijks) duikbaar.

In het begin van de Salle Cornet is een onbeschreven en ongedoken (?) sifon die onze aandacht trekt, deze sifon heeft vermoedelijk beduikbare afmetingen en biedt eventueel mogelijkheden voor een toekomstige exploratie.

sifon ?

Aangezien we jarenlang hebben geëxploreerd in de doline Fosse Sinsin (FFS) zou een positiemeting t.o.v. Pentecôte nuttig kunnen zijn nabij een blokken-talud op de linkeroever van de Egout, vlak bij de Salle du Corail. Arva of Arcana metingen zouden meer duidelijkheid kunnen scheppen, zeker een poging waard.

Seppe